Het verhaal
Op vrijdag 5 april gaf het Roosendaals Symfonie Orkest, versterkt met conservatoriumstudenten, o.l.v. Martyn Smits een voorjaarsconcert met twee wereldpremières: Landscape of Hope van Martyn Smits en Concertstuk voor viool en orkest van Henk van der Vliet, twee Roosendaalse componisten. Ook op het programma: Harba Lorifa van Antoon Maessen, eveneens uit Roosendaal en Symfonie in c van de Rotterdammer Daniël de Lange. Met medewerking van: Bob van der Ent, viool en Imelda Hack-Brugmans, celesta.
Het concert werd geopend met het charmante en speelse Harba Lorifa, een grappige verweving van verschillende volksliedjes met verrassende verbindingsmotiefjes. Het publiek werd verzocht, mee te zingen met de volksliedjes. Dat verzoek werd spontaan gehonoreerd. Jammer dat het tempo iets te laag was.
Vervolgens klonk Landscape of Hope, met een lieflijke en serene inleiding, langzaam uitgroeiend tot een geheimzinnige dialoog tussen blazers en strijkers afwisselend forte en piano. Uiteindelijk kwamen alle instrumenten samen in een uitbundige en feestelijke apotheose. De beelden van het Rozenven en het declameren van het gedicht Aan de God van de plek van José Angel Valente droegen bij tot de totaalbeleving. Hierbij moet worden opgemerkt dat het orkest in de tutti het best presteerde.
Bij het concertstuk voor viool en orkest werd duidelijk dat er hard gerepeteerd was om het stuk in de vingers te krijgen. De lastige intervallen werden schijnbaar moeiteloos uitgevoerd. Blijmoedige, verrassende muziek met een opvallende rol voor de celesta. Mooie, spannende harmonieën met vindingrijke korte thema’s namen de luisteraar mee op een boeiende reis. Het sublieme spel van de jonge veelbelovende violist droeg bij tot de ultieme muziekbeleving.
Van de enige Rotterdammer op het programma, dat getiteld was: Made in Roosendaal, is bekend dat hij zijn geboorteplaats karakteriseerde als: ‘een treurig muzieknest met de allerhoogste pretentiën‘. Zijn Symfonie in c is gecomponeerd in zijn Parijse periode. Bij de inzet van deel I denkt de luisteraar onwillekeurig ‘Beethoven‘ maar gaandeweg is een duidelijke Franse invloed hoorbaar. Ook hier was het orkest op zijn best in de tutti; de dialogen tussen de onderlinge disciplines waren soms wat onzeker
Deel II met een mooie lyrische melodielijn werd beheerst gespeeld met een goed invoelingsvermogen. Deel III met een volksdansachtig karakter kostte aanmerkelijk meer inspanning. Het middendeel klonk wat aarzelend maar het orkest kwam bij de finale vitaal terug. Het laatste deel met leuke volksliedachtige variaties werd door het orkest met enthousiasme en vol overgave gespeeld.
Kortom: een prachtig concert!
Jammer dat de internationaal bekende Roosendaalse componist Leon Orthel niet geprogrammeerd was. Een gemiste kans.
Samen beleven we meer
Reacties op dit verhaal