Het verhaal
Mijn ouders Janus en Toos van Haperen-Haast wonen samen met mij, Jacqueline en broertje Wim in een Oostenrijkse woning op het landgoed Vrouwenhof in Roosendaal; geïsoleerd op een eilandje omringd door grachten en grotendeels omgeven door de grote én kleine speeltuin.
Het is middernacht en pikdonker, want er zijn geen lantaarnpalen in de lanen naar ons huis. Een enorme storm gaat tekeer met een onheilspellend en hels kabaal. Het sluitwerk van de twee dubbele glazen tuindeuren van onze vrijstaande houten Oostenrijkse woning begeeft het en de deuren slaan met een klap open! Buiten zwiepen de hoge bomen en krakend afgebroken takken waaien naar de grond. Zullen de rammelende ‘pannen’ op het dak wel blijven liggen? Papa – in pyjama onder zijn overjas – zoekt naarstig in het nabijgelegen schuurtje zijn timmergereedschap en buiten naar houten planken. Hij maakt daarmee de tuindeuren weer stevig dicht door tweemaal twee grote planken kruislings over de tuindeuren te timmeren. Mama is net in verwachting van mijn tweede broertje Frank. Rob wordt in 1958 geboren.
Papa sleept de nodige matrassen naar beneden en schikt ze samen met mama in de ontruimde eetkamer naast elkaar op de grond. Ik ben 7 jaar en vind dat alles wel knus en zeker avontuurlijk. Echt bang ben ik niet. Daar zijn papa en mama wel zorgzaam voor. Maar… spannend is het zeker! Op dat moment hebben wij nog geen vermoeden van een immense watersnoodramp. Dat blijkt pas de volgende dag met alle ontstellende gevolgen van dien…Dagen en weken erna is iedereen druk bezig met hulp aan de slachtoffers en evacués. Inzamelingen worden gehouden voor de nodige dekens, kleding, eerste opvang, huisvesting, medicamenten, voedsel, scholing enz. Een grootscheepse gezamenlijke Radio-omroepactie start: “Beurzen open, dijken dicht!”.
Dit alles kan ik mij nog goed herinneren. Maar vooral die verschrikkelijke nacht. We hebben sindsdien nooit meer samen beneden in de kamer geslapen…
Samen beleven we meer
Reacties op dit verhaal